De leerkracht stond nog even met Bobby’s moeder na te praten. Bobby is een beweeglijk en ongeduldig jongetje. Hij stoorde het gesprek met alarm-achtige geluiden. Na de vijfde ‘WOEP!’ was zijn moeder het zat en riep hem tot de orde. Dit deed ze erg effectief. Haar lichaamstaal en stemgebruik straalden uit dat er een grens was bereikt en dat er niet tegenin te gaan viel.
Misschien was ze zelfs een beetje TE effectief, want Bobby schrok enorm. Hij stamelde, met tranen in zijn ogen, dat het hem speet. Dit verdriet was nu ook weer niet moeders bedoeling, dus ze zei dat het goed was. Alleen deed ze dit met dezelfde houding en dezelfde barse stem als waarmee ze haar reprimande had uitgedeeld. Bobby was duidelijk nog niet gerustgesteld door zijn moeders geruststelling en hield zich op een gespannen manier rustig.
Gemengde signalen en emoties
Dit is iets wat vaak voorkomt. En iets waar we ons allemaal weleens schuldig aan maken. Incongruente communicatie, oftewel communicatie waarbij de verbale boodschap niet klopt met de informatie die je met je lijf en stem geeft. Op barse toon zeggen dat het goed is. Of op een lieve manier iemand een bevel geven. Het werkt niet. Vooral bij kinderen niet.
De reden dat het niet werkt is dat ons gedrag niet hoofdzakelijk gestuurd wordt door onze rationele kant. Ons gedrag – en dat van kinderen nog veel meer – wordt veel meer gestuurd door het emotionele deel van ons brein. Het limbisch systeem. We ‘luisteren’ daarom veel meer zoals apen dat doen. Naar lichaamstaal, mimiek en stemgeluid. Woorden hebben maar een zeer beperkte invloed op de diepere delen van onze hersenen.
Als we effectief willen communiceren met kinderen, dan zullen we onze non-verbale communicatie zoveel mogelijk in lijn brengen met onze gesproken woorden. Dat klinkt gemakkelijker dan het is. Onze non-verbale communicatie wordt namelijk ook gestuurd door onze emoties. Als we onze emoties – bijvoorbeeld woede – onderdrukken, dan zullen onze pogingen om krachtig over te komen veel zwakker zijn dan als we deze woede (beheerst!) gebruiken. En als we ons geïrriteerd voelen, dan kunnen we nog zo ons best doen om lief te klinken, onze irritatie zal doorschemeren.
Gevolgen voor rust en orde
Deze inconsistentie is voor kinderen verwarrend en alarmerend. Kinderen zijn van ons – volwassenen – afhankelijk voor hun gevoel van veiligheid. Ze willen ons daarom kunnen lezen. Ons kunnen inschatten. Als we regelmatig gemengde signalen geven, dan maken we het kinderen veel moeilijker om hoogte van ons te krijgen. Dit maakt ze nerveus en gespannen. Het maakt dat ze ons minder vertrouwen. We zijn ook van minder waarde voor ze, omdat we niet goed voorzien in hun behoefte aan duidelijkheid.
Sommige kinderen krijgen hierdoor de neiging om ons te gaan uitproberen. Ze willen authentieke reacties bij ons uitlokken. Ze willen weten wat er achter ons masker schuilgaat. Dat kunnen we heel gemakkelijk afdoen als vervelend gedrag, maar de bron van dit gedrag ligt uiteindelijk toch echt bij ons. We kunnen stappen zetten om dit gedrag te verminderen.
Als we emoties leren herkennen en gebruiken, kunnen we onze communicatie zoveel krachtiger maken door onze woorden in één lijn te brengen met ons lijf, ons gezicht en onze stem. Zodat kinderen ons beter kunnen lezen en daardoor meer vertrouwen in ons krijgen. En daarmee krijgen we meer autoriteit en creëren we een groter gevoel van veiligheid en meer rust in de klas.