Een positief zelfbeeld lijkt iets om naar te streven, maar goed bekeken is een positief zelfbeeld iets heel anders dan een gezond zelfbeeld. Om dat te begrijpen, moeten we eerst kijken naar wat een gezond zelfbeeld is.
Wat is een gezond zelfbeeld?
Een gezond zelfbeeld is een realistisch zelfbeeld. Een zelfbeeld dat zo goed als mogelijk overeenkomt met de werkelijkheid. Het is een flexibel, constant ontwikkelend en veranderend geheel. Niet iets statisch, want een mens is niet iets statisch. Al onze ervaringen, onze interacties met anderen, nieuwe kennis, het ouder worden van ons lichaam, etc. veranderen ons continu.
Hoe meer je zelfbeeld overeenkomt met de werkelijkheid – met wie en wat je feitelijk bent – hoe minder kwetsbaar je zelfbeeld is. Er kan dan weinig ‘doorgeprikt’ worden. Als je jezelf nergens om veroordeelt of afwijst – oftewel als je jezelf onvoorwaardelijk accepteert – en geen ideaalbeelden koestert waar je aan moet voldoen, dan kun je je zelfbeeld iedere keer als de realiteit je op de feiten over jezelf wijst gewoon aanpassen aan de nieuwe feiten die aan het licht zijn gekomen (bijvoorbeeld als je minder aardig blijkt te zijn dan je altijd geloofd hebt). Zonder dat daar een hoop emoties of zelfverwijt bij komt kijken. Je zelfbeeld wordt dan simpelweg realistischer.
Als je geen ideaalbeelden over jezelf hebt – en dus niet aan eisen hoeft te voldoen van jezelf – op welke gronden zou je jezelf dan kunnen afwijzen of veroordelen? En waarom zou je eisen aan jezelf stellen of ideaalbeelden nastreven als je niet bang bent voor wie en wat je in werkelijkheid bent?
Wat vallen er überhaupt voor eisen aan jezelf te stellen? Je bent wat je bent, ongeacht de eisen die je stelt. Je ideaalbeelden veranderen niets aan de werkelijkheid van wie je feitelijke bent.* Aangezien het stellen van eisen aan jezelf of het koesteren er alleen maar voor zorgt dat je tekort kunt schieten en jezelf kunt veroordelen en verder niets verandert aan de realiteit, kun je jezelf net zo goed accepteren zoals je bent.
Als je dit beseft – diep doorvoelt – dan komt je zelfbeeld los te staan van je eigenwaarde. Dan is er onvoorwaardelijke zelfacceptatie en kan je zelfbeeld gewoon een functioneel iets zijn, dat meegroeit en mee verandert met jou als groeiend en veranderend wezens. Het is dan een handig – en hoogstwaarschijnlijk noodzakelijk – werkmodel om mee door de wereld te navigeren, maar is verder niet echt belangrijk. Het hoeft niet ten koste van alles beschermd te worden. Dan is er sprake van een gezond zelfbeeld.
Wat is er mis met een positief zelfbeeld?
De werkelijkheid is dat we allerlei kanten hebben. Allerlei eigenschappen. Sommige zijn fraai, prettig, nobel en lovenswaardig. Andere zijn lelijk, laag, onplezierig en laakbaar. We zijn geen engelen of duivels, maar een mix van beide, samen met een hoop ‘neutrale’ zaken.
Onze eigenschappen manifesteren zich niet allemaal tegelijkertijd, maar komen bovendrijven al naar gelang de omstandigheden en context waarin we ons bevinden en afhankelijk van onze opvoeding, onze ervaringen en van de cultuur waarin we leven. Soms zijn deze eigenschappen met elkaar in conflict en soms niet. Dat is wie we zijn. (We zijn gewoon een beetje een puinhoop.)
Een positief zelfbeeld is daarmee een illusie die niet klopt bij de werkelijkheid. Een illusie die we alleen in stand kunnen houden door er constant voor te zorgen dat onze negatieve kanten zich niet manifesteren. Oftewel door constant op onze hoede te zijn en onszelf strak in het gareel te houden.
En als onze minder fraaie facetten zich wel manifesteren, dan moeten we dat voor onszelf rechtvaardigen. We moeten redenen (smoezen) verzinnen om onszelf ervan te overtuigen dat het oké is dat we – om maar iets te noemen – tijdelijk egoïstisch waren. “Ik had slecht geslapen. Die ander verdiende mijn vriendelijkheid niet, want…” Enz. Of we moeten de werkelijkheid ontkennen, negeren of geweld aandoen. “Ik deed helemaal niet egoïstisch. Iedereen zou zo gereageerd hebben”. Als we hier door onze vrienden, familie of partner in gesteund worden, voelen we ons meestal weer goed over onszelf.
Een positief zelfbeeld – en eigenlijk elke illusie – kost daardoor bakken met energie om vol te houden. Illusies zijn erg kwetsbaar voor de realiteit. De realiteit wint het uiteindelijk altijd van de illusie. De realiteit is er namelijk gewoon nog, ook als er tijdelijk geen energie is om de illusie in stand te houden. Een positief zelfbeeld heeft dus allerlei bescherming nodig en haalt ons uit de werkelijkheid. En dat kun je niet bepaald gezond noemen.
*= Je kunt niks aan jezelf veranderen, want wie zou de ‘ik’ moeten zijn die ‘mezelf’ verandert? Als ‘ik’ ‘mezelf’ zou kunnen veranderen, zou ‘ik’ los moeten staan van ‘mezelf’, anders kan het één geen invloed uitoefenen op het ander. In werkelijkheid bestaat deze scheiding niet.